1 maand facebook, omdat ik het leuk vind.
Er viel niet meer aan te ontkomen: ik ben ook zo’n karakterloze slijmerd geworden met een facebookprofiel. Het excuus daarvoor is dat de vrouw er moe van werd om in mijn naam lawaai te maken voor mijn wordpressstukkies, en toegegeven, dat werden er ook wat veel; nu ik er toch zit probeer ik er het beste van te maken. Ik heb me meteen aangemeld bij allerlei groepen, want ik weet best dat ik te afstotelijk, “splijtend”, ben om duizend vrienden te maken. Nu word ik dus getracteerd op een gestage stroom nieuws en postjes over Status Quo, de Sparks, het Electric Light Orchestra, een paar oude engelse tv-programma’s, de natuur, scepticisme en de schoonheid van Kate Bush, en kleed ik voor mezelf en een paar handjesvol opgeduikelde oude bekenden een bladzijdje in met bitse citaten, muzikale favorieten en foto’s van de hond, onder wier opgeleukte naam ik het feestje ben begonnen.
Bevindingen tot dusver: Caroline Fourest heeft gelijk: ik heb me aangesloten bij het medium van de schijtlaarzengeneratie. Niemand durft iets boos of controversieels te zeggen, en als ik het toch doe haken er meteen een of twee tere zieltjes af. Kan niet schelen of het over onverteerbaar zoetige oosterse pseudowijsheden tegen een rood-oranje achtergrondje gaat, een herinnering aan de politieke foutheid van de russische dirigent G., of zomaar een oprecht onschuldige opmerking waar een overspannen ziel een ongepaste toenaderingspoging in ziet… Het is zo gewonnen, zo geronnen met die zogenaamde vriendschappen; ik gebruik het woord dan ook niet meer. De lichtgeraaktheid gaat zo ver dat zelfs een bijna onvermijdelijk verschijnsel als de tikfouten die je nu eenmaal maakt met die miniscule klotetoetsjes van je foon door sommigen niet door de vingers worden gezien. En het gaat dieper: ik heb mijn aanhankelijkheid aangeboden bij aanzienlijk meer mensen dan er hebben toegehapt en moet constateren dat ieder oud krenkinkje je nu op een njet komt te staan. Dat valt mij echt niet mee, reeds…
Wonderlijk ook wat je wel ongestraft kunt zeggen: toen er op een gegeven moment bij de ELO-groep stevig op rechtstreekse concurrent Paul McCartney werd ingehakt dacht ik hup, meedoen (het beruchte roedeleffect…), en heb ik om een beetje evenwicht aan te brengen in de discussie gezegd dat het maar goed was dat die talentloze arrogante zak van een Lennon werd vermoord, omdat hij anders als net zo’n weerzinwekkende afgetakelde oude griezel als mik sjekker was geeindigd. Nul reactie! Niet getreurd, ik ben meteen doorgegaan met op uitbundige wijze te doen waar ik in sociaal verband de meeste aardigheid in heb, grappen maken. De vind-ik-leuk-functie wordt door mij bepaald niet verwaarloosd en ik heb na een paar weken mijn eerste vijfhonderd vind-ik-grappigs al geoogst. Anders dan bij de happy vpro-ers, het subgroepje dat op een andere server op vergelijkbare wijze de genoegens van de inteelt en het groepsegocentrisme vierde, waar ik nog wel eens de verbale oorlog opzocht, ben ik op fb alleen om lol te maken. Ik voel me niet geroepen om wie dan ook af te zeiken, hoe leuk of nodig me dat soms ook liket. Soms lukt dat maar met moeite, het is en blijft een nirvana voor navelstaarders en onbenullen en god weet hoe graag ik die allemaal verbaal lens zou schoppen. Maar er zou geen beginnen aan zijn. Zie het maar als een verdienste: dit medium is zo oeverloos dat soberheid de enige redding is, je moet jezelf in de greep houden of roemloos verzuipen.
Twee maanden facebook: nog liever de lucht in!
Ja, ik heb er nog steeds aardigheid in. Nu het niet allemaal meer even nieuw en spannend is komt het aan op de invulling: ik vermaak me kostelijk met het opdiepen van favokunstwerken en de citaten, muziekjes en vertederende hondefotootjes die vanaf het begin al een genoegen waren. Zo voed ik mezelf een beetje op, duik in de kunst- en muziekgeschiedenis en bereik nieuwe inzichten over de voorkeuren van mijn getrouwen; de like-o-meter is de anderhalfduizend gepasseerd…
En veel is hetzelfde gebleven: lichtgeraaktheid geeft de toon aan en wat Johnny Guitar Watson zei over zijn dayjobs gaat zonder mankeren op voor de internautjes van deze eeuw: you better watch every word you say. Zelfs mensen die je al vijfentwintig jaar kent klimmen in de hoogste boom zodra ze in hun vergoddelijkte lichtgeraaktheid menen dat je aan hun onomstredenheid knaagt. Ik scrutineer de geestelijke gezondheid van mijn contacten, erop voorbereid bij ieder los woord de wind van voren te krijgen, en heb intussen zelf mijn eerste strepen gezet door links met types die eigenlijk alleen maar zonde van je tijd en aandacht zijn.
Gelukkig doet zich ook hier een verschijnsel voor dat ik alleen van linkedin kende: er duiken oude bekenden op; zeer oude bekenden zelfs, die je van de foto niet herkent omdat ze onherkenbaar opgegroeid zijn, maar je herinnert je hun naam en informeert voorzichtig of ze niet toevallig … zijn, bij wiens broertje je nog in de schoolbank hebt gezeten. En de gesprekken: over zielkunde, biologie of de charme van dat ene nummer van ELO waar zelfs je oude moeder voor smelt. En natuurlijk een beetje pochen, stukjes songtekst citeren als mening over het nummer zelf, of je verknochtheid aan idool X, V of Z natuurlijk. Vooruit, ik gun mezelf nog een maand, maar blijf kritisch: laat het de niet geringe hoeveelheid tijd en moeite blijven lonen…
Drie maanden facebook: even saneren.
Het was een speelkwartaal: ik ben me te buiten gegaan en heb me volgevreten aan de verlokkingen van het medium dat ik eerst alleen kende als het aandachtwegzuigende beeldschermgeschuif van mijn vrouw. De wittebroodsweken zijn nu voorbij en ik zie de feiten onder ogen. Ik heb een vreselijke hoop tijd verkwist: met debiele discussies, ruïneuze ruzietjes, irrelevant gekwijl en misgeschoten grappen. Dom gezeik en zinloze aandachttrekkerij vermomd als kunst of leuk vermaak heeft me goed en grondig afgeleid van wat er in mijn leven toe doet. Ik ben amper een paar bladzijden opgeschoten met mijn vertalingen, mijn stukjesproductie ligt op laag peil, mijn gedachten concentreren zich minder en minder op voorheen de essentie. Sucker Berg zal zich samen met de reactionaire krachten wier belangen hij dient in de handjes knijpen: alweer een radicaal onschadelijk gemaakt…
Maar dan rekent hij buiten de waard. Hier is plan B: ik maak een nieuw profiel aan, onder eigen naam, en beperk me tot de mensen en de onderwerpen die me raken. Geen verzamelaars van vriendschappen zonder inhoud, geen gezever over zieligerds of schattige poesjes. Alleen nog Cioran, Saint-Simon en de schoonheid van Kate Bush. U bent binnenkort, als u geluk hebt, welkom bij Leendert.
Want laten we niet vergeten: er is een zonzijde, je kunt het nog eens ergens met iemand over hebben en er komen veel dingen voorbij die je anders zou missen, en dan hebben we het dus even niet over schattige poesjes. Het lijkt soms alsof alle archieven ter wereld open zijn gegaan en door fanatici van de universiteit voor zelfontplooiing onder het klikkende volk worden verspreid. Laat me daarvan blijven profiteren.
Zes maanden facebook: consolideren
Het nieuwtje is er nu wel af. En dat is maar beter ook, want de verleiding is gebleven om talloos veel uren rond te dobberen op de zee van efbee, nergens heen te gaan en na urenlang niksen leeg achter te blijven.
Gelukkig is mijn humeurige zelf er ook nog. Na het saneren, waarbij ik me ontdeed van connectieverzamelaars-waar-je-nooit-iets-van-hoort en het andere extreem, de tijdzuigers, zit ik weer in een opbouwfase: ik kom oude bekenden tegen en heb me aangesloten bij een beweging die, hoewel hopeloos idealistisch, mijn onverdeelde sympathie heeft, in degelijk nederlands geheten de opstandelingen tegen de uitroeiing. Zij hebben de verdienste, mij behoorlijk grondig van informatiekanalen te voorzien over dat waarvoor ik de ogen niet kan sluiten, he pijnlijk het ook is: de afbraak van de planeet door die ene rotsoort, u weet welke. Toendrabranden, moerasboskap, bijbedreiging, het is een breed en diep meer om leeg te drinken en mijn ziel en nieren doen er pijn van.
Het voedt me op: ik word er radicaler van in mijn opvattingen en voorzichtiger in mijn uitingen. Ik kan het niet meer jegens mezelf verantwoorden om bubbeltjeswater uit plastic flessen te blijven kopen en mijn afkeer is groeiende van de gedachtelozen die hun botte hedonisme nog altijd de voorrang geven boven wat echt iedereen wel weet dat verkieslijk is, en het nog welbewustere en nog bottere egoïsme van de rijken, in hun cocon van onkwetsbaarheid of anders wel hun bunker… Wie nu nog suv rijdt of pretvliegt is de vijand. Maar goed dat voorbij de voordeur mijn biodiversiteitsproject me toelacht: daar kan ik concreet mijn tanden in zetten, het ontspant en vrijwaart mijn opvattingen van vrijblijvendheid…
Maar consolideren kan ook wel een beetje luchtiger. Ik heb andere dingen te doen dan knoppiedrukken, de volksvriendelijke versie van Cioran wacht op completering en het is zomer, dus hebben we regelmatig bezoek dat het er bij ons eens even van komt nemen, de omgeving wil zien en vooral lekker wil eten en drinken…
Daar hoef ik dan natuurlijk niet ook nog eens bij al die feestboekers getuige van te zijn. Ik ga minder radicaal te werk dan eerder, schrap geen “vriendschappen”, maar volg degenen die niet verder komen dan het plaatsen van het zoveelste glas bier, het zoveelste bordje eten of het zoveelste poesje of tafelkleedje in de zon niet meer. Dat scheelt! En intussen gaat het dan ineens over band, of zelfs brand X, een gitarist die zich laat inspireren door psalmen, een pianist die zich zorgen maakt over bomencrematoria… of een heerlijke tuttebel uit een ver verleden die ik op haar verjaardag toch maar een poezenplaatje toestuur, want wie verplicht me om altijd consequent te zijn?
(twee weken later:) Zelfbeperking
Ik heb het geprobeerd. Het is mijn natuur: ik wil graag weten hoe het zit, ik wil graag weten wat men ergens van vindt. Dus schrijf ik eens en stukkie, in de hoop dat iemand anders ook eens ergens iets van vindt. Dat heb ik een aantal keren gedaan sinds ik hier zit.
Het is me vies tegengevallen. Ik heb weinig anders teruggekregen dan gezeur over bijzaken, bijna niemand ging eens met hart en ziel in op wat ik met hart en ziel wilde bespreken.
Goed dan, ik neem mijn verlies. Ik wil niemands zielerust aantasten, ik wil niemands lieve vrede verbreken, ik wil niemands frustratie ontketenen. Ik blijf zitten met de mijne en ga in innerlijke emigratie. Wees dus gerust, mijn lieve facebookvrienden, pais en vree zullen mijn bladzijdje regeren. Welkom bij Leendert Light.